Marten Pietersz Craijecamp
Marten Pietersz Craijecamp,
geb. op 09-11-1710 te Blaricum,
ged. Gereformeerde Gemeente op 09-11-1710 te Blaricum.- Vader:
Pieter Brantsz Craijecamp, zn. van Brant Pietersz Craijecamp ( Branden) en Grietje Jacobsz Slocker,
geb. in 1672,
Gereformeerde Gemeente,
ovl. op 18-01-1712 te Blaricum,
begr. op 18-01-1712 te Blaricum; Pieter Brantsz: f 3,-,
, -
Naarden-Trouwen-GG; 25-10-1697: Pieter Brandsz van Krajenkamp j.m. van Blaricum en Marritje Dirks j.d. van de Eeme, beijden wonende tot Naarden; hier getrout 10-11-1697
-
Naarden-Dopen-GG; 28-01-1699: Grietje, V: Pieter Brands Kraaijkamp, M: Marritje Dirk Donker
-
Naarden-Dopen-GG; 16-03-1701: Susanne, V: Pieter Brand KraaijenKamp, M: Marritge Dirkes Donkes
-
SAGV155.2-3267-Schepenakten; Aktedatum:02-06-1706: Blaricum; Pieter (Gerritsz) van der Pol wel eer getrouwt met Neeltje Brants Crajecamp overleden tot Blaricum, onder verwijzing naar een langslevende Testament en de voogdijstelling van hun
kinderen bij Neeltje Brants geteelt, van sijn broeder Theunis Gerritsz van der Pol en Pieter Brants sijn swager, dat nu Theunis is overleden in zijn plaets aan te stellen sijnen broeder Jacob Gerritsz van der Pol
-
SAGV155.2-ORA-3240-blz. 2-3; 07-12-1722: Ik ondergetekende, Brant Pietersz Kraijencamp geeft te kennen, dat vermits sijn Suppliants hooggaande ouderdom het te dugten staat dat Brant, Hendrik en Marten Pietersen Kraijencamp (door Pieter Brantsen
Craijencamp des suppliants soon zaliger bij Marritje Hendrikse van Alphen staande huijwelijk verwekt) bij het overlijden van hem Suppliant nog onmondig wezen sullen, hij daarom begeerde dat in sulke gevalle Hendrik Gerritsz de Raemaker ende
Cornelis Adriaansen Koster tot Blaricum woonagtig, voogden waren over de gemelte kinderen, en de over het geene hij Suppliant haar met sijn dood sal komen na te laten. Dit verzoek wordt wordt op dezelfde datum gehonoreerd,
relatie.
- Moeder:
Maria Hendricks Alphen van,
Gereformeerde Gemeente,
, -
SAGV155.2-ORA-3240-blz. 2-3; 07-12-1722: Ik ondergetekende, Brant Pietersz Kraijencamp geeft te kennen, dat vermits sijn Suppliants hooggaande ouderdom het te dugten staat dat Brant, Hendrik en Marten Pietersen Kraijencamp (door Pieter Brantsen
Craijencamp des suppliants soon zaliger bij Marritje Hendrikse van Alphen staande huijwelijk verwekt) bij het overlijden van hem Suppliant nog onmondig wezen sullen, hij daarom begeerde dat in sulke gevalle Hendrik Gerritsz de Raemaker ende
Cornelis Adriaansen Koster tot Blaricum woonagtig, voogden waren over de gemelte kinderen, en de over het geene hij Suppliant haar met sijn dood sal komen na te laten. Dit verzoek wordt wordt op dezelfde datum gehonoreerd.